Controleer de ontwikkeling van de pup aan de hand van de groeicurve

Afhankelijk van het ras en de grootte van de pup verloopt de groei in verschillende fasen. Waar kleine hondenrassen na acht maanden volgroeid zijn, kan dat bij heel grote rassen wel twee jaar duren. De groeicurve van een hond laat zien hoe snel hij idealiter zou moeten groeien en hoeveel hij daarbij zou moeten aankomen. De dierenarts gebruikt groeicurven om na te gaan of je hond zich voor zijn leeftijd gezond ontwikkelt.

Twee doorslaggevende factoren voor een gezonde groei: je hond heeft het juiste gewicht nodig om zich optimaal te ontwikkelen én overbelasting van het skelet en de spieren van de jonge hond moet worden voorkomen. Vooral in de eerste maanden van zijn leven ontwikkelt een pup veel spiermassa. Maar het skelet van het dier is dan nog erg kwetsbaar. Daarom is het belangrijk dat je tijdens deze groeifase het dier ontziet en hem bijvoorbeeld de trap op draagt. Ook lange wandelingen zijn de eerste maanden taboe, om nog maar te zwijgen van tochten naast de fiets. Vuistregel: de puppy loopt bij het uitlaten per levensmaand vijf minuten in één stuk meer.

Daarnaast is voor de gezonde groei van een pup een uitgebalanceerd en gezond dieet essentieel. Door te veel voer groeit de hond te snel, wat ernstige lichamelijke gevolgen kan hebben die mogelijk onomkeerbaar zijn.

Omdat puppy’s in de groei zijn, treedt alleen in extreme gevallen overgewicht op. Want als de puppy te veel eet, zet het lichaam de overtollige energie om in groei. Dit zorgt er op zijn beurt voor dat de pup te snel groeit. Bij een te snelle groei komt de gezonde ontwikkeling van gewrichten en skelet in het gedrang. Vooral bij honden van grote rassen komt dit voor. Wanneer honden ongemerkt te veel eten, worden ze zwaarder omdat ze sneller groeien, maar je ziet niet dat ze te zwaar worden. Daarom zijn er groeicurves voor honden. Daarom weegt de dierenarts je hond regelmatig en vergelijkt hij de vastgestelde waarden met de ideale curve voor het hondenras.

Overvoeren zorgt ervoor dat het skelet te snel groeit en dit kan leiden tot lichamelijke defecten. Er kunnen bijvoorbeeld kraakbeendefecten optreden of botgroei kan ongelijkmatig zijn. Ook heupdysplasie kan door overmatig eten worden bevorderd.

Bij onregelmatigheden in de groeicurve kun je het beste je dierenarts raadplegen. Misschien heb je je verkeken op de slanke bouw van je puppy en gaf je hem net iets meer te eten dan er op de verpakking staat? Vergeet niet dat extraatjes, bijvoorbeeld via beloningen, onderdeel zijn van de totale hoeveelheid voer. Hetzelfde geldt voor het gebruik van een dummy die voor de training gevuld is met normaal hondenvoer: die hoeveelheid hoort bij het dagrantsoen. Als jij (of je dierenarts) de ontwikkeling van je dier regelmatig vergelijkt met een groeicurve voor puppy’s, kun je dit soort fouten bij het voeren voorkomen.