Lagotto romagnolo - de koning van de truffel
15.05.2023 - Leestijd: 3 minuten
De Lagotto romagnolo werd oorspronkelijk in Italië gefokt voor de jacht op water. Vandaag gaat hij op een andere jacht - hij spoort truffels op. In ons land wordt deze middelgrote hond steeds populairder, omdat hij wordt gekenmerkt door gehoorzaamheid en intelligentie. Zijn neus maakt hem ideaal voor elke vorm van speurwerk. Hij is ook gemakkelijk te verzorgen en past goed bij mensen die veel met hun hond ondernemen.
Lagotto romagnolo - van waterhond tot speurneus
Als je voor het eerst een Lagotto romagnolo ziet, denk je dat je te maken hebt met een poedel of poedelmix. De gelijkenis is geen toeval: Beide rassen werden oorspronkelijk gebruikt bij de jacht op water. De lagotto’s bleken nuttig te zijn voor de jacht op meerkoeten in de lagunes van Comacchio en het moerasgebied in de laaglanden van Emilia-Romagna. Eind 19e eeuw werden de moerassen drooggelegd en raakten deze ijverige jachthonden werkloos. Maar ze bewezen zichzelf al snel in een nieuw vakgebied: in de zoektocht naar truffels. De ondergrondse paddenstoelen zijn moeilijk te vinden – alleen door de reukzin. En die is uitgesproken ontwikkeld bij de Lagotto romagnolo. De Lagotto doet zijn werk beter dan elk truffelvarken dat maar al te vaak bezwijkt voor de verleiding om de kostbare paddenstoel zelf op te eten.
De Lagotto romagnolo is een heel oud hondenras. Hij is middelgroot, de schofthoogte is tussen de 43 en 48 centimeter bij reuen en tussen de 41 en 46 centimeter bij teven. De Lagotto romagnolo wordt gefokt in zes kleuren: bianco (wit), marrone (bruin), bianco marrone (wit met bruine vlekken), roano marrone (bruinschimmel), arancio (oranje), bianco arancio (wit met oranje vlekken). Het ras werd in 1995 voorlopig erkend door de grootste internationale overkoepelende organisatie, de Fédération Cynologique Internationale (FCI), en officieel in 2005.
Eigenschappen en karakter van de Lagotto romagnolo
De Lagotto romagnolo houdt van zijn baasje en werkt graag met hem samen. Hij is gehoorzaam en intelligent. Het jachtinstinct is eruit gefokt sinds zijn gebruik als truffelhond. Als een fervent werker heeft hij de mentale inspanning nodig. Zijn instinct uit zich in hondensporten zoals mantrailing (personen zoeken) of objecten zoeken – het hoeven niet altijd truffels te zijn. De Lagotto houdt van lange wandelingen en urenlang knuffelen.
Opvoeding en het houden van de Lagotto romagnolo
De Lagotto romagnolo wordt beschouwd als een makkelijker op te voeden en goed trainbare hond. Hij is sterk gericht op zijn baasje. Bij een liefdevolle en respectvolle aanpak gecombineerd met consistentie wordt je Lagotto tot een uitgebalanceerde metgezel. Zorg er ook voor dat je trouwe viervoeter mentaal en fysiek wordt beziggehouden. Een Lagotto romagnolo heeft liever een huis met tuin dan een appartement.
Verzorging van de lagotto romagnolo
De Lagotto romagnolo verliest geen haar en is gemakkelijk te verzorgen. De vacht moet je twee keer per jaar scheren. Besteed speciale aandacht aan de oren. Je moet het haar dat in het binnenoor groeit eens per maand verwijderen.
Speciale kenmerken van de Lagotto romagnolo
In het ras komen verschillende erfelijke ziekten voor. Lysosomale stapelingsziekte (LSD), een stofwisselingsziekte, werd pas onlangs ontdekt bij de Lagotto. Goedaardige familiaire juveniele epilepsie (JE), heupdysplasie (HD) en een erfelijke vorm van patellaluxatie (ontsporen van de knieschijf uit het gewricht) komen ook voor. Daarom is het bij het kopen van een puppy belangrijk om een gerenommeerde fokker te hebben.
De beste producten voor je Lagotto romagnolo vind je bij ons!
Profiel Lagotto romagnolo
| Ras | Lagotto romagnolo |
| Oorsprong | Italië |
| Classificatie | Apporteerhonden, snuffelhonden, waterhonden |
| Grootte | 43 tot 48 centimeter (reuen) 41 tot 46 centimeter (teven) |
| Gewicht | 13 tot 16 kilogram (reuen), 11 tot 14 kilogram (teven) |
| Anatomie | Goed geproportioneerd en sterk, bijna blokvormig |
| Ogen | Groot en rond; het kleurenspectrum varieert van oker tot hazelnoot- en donkerbruin |
| Oren | Middelgroot; driehoekig met ronde punt, hangend gedragen |
| Vacht en kleur | Gekrulde en golvende vacht met ondervacht; bovenvacht en ondervacht zijn ondoordringbaar voor water; met zes kleuren bianco, marrone, bianco marrone, roano marrone, arancio, bianco arancio |
| Kenmerken | Voormalige waterhond, tegenwoordig truffelzoekhond |
| Karakter | Hond die zich richt op de mens, ijverig en intelligent |
| Verzorging | Verhaart niet, moet twee keer per jaar worden geschoren; verwijder regelmatig de vacht op de oren |
| Gezondheid | Goedaardige familiaire juveniele epilepsie (JE), heupdysplasie (HD), patelladislocatie, lysosomale stapelingsziekte (LSD) |
