Japanse spits: kleine, slimme hond met betoverende elegantie

De oorsprong van de Japanse spits kan niet duidelijk worden verklaard. Maar er zou eigenlijk een directe relatie moeten zijn met de Duitse spits, die begin 20e eeuw Japan bereikte via Rusland en China. Spitsen werden ook geïmporteerd uit China en Noord-Amerika om ze verder te fokken. De kleine Japanse spits werd pas in de jaren dertig als een onafhankelijk ras gefokt. Hij wordt sinds 1948 in Japan erkend als rashond. Erkenning door het overkoepelende fokkerijverband Fédération Cynologique Internationale (FCI) vond plaats in 1964.

Japanse spitsen zijn flinke, slimme viervoeters. Ze zijn speels en behendig, maar niet te temperamentvol. Deze honden zijn attent; niets ontsnapt hen. De dieren ontwikkelen een hechte band en zijn aanhankelijk en trouw aan hun menselijke roedel, inclusief kinderen en mogelijk andere huisdieren. De ‘will to please’ is in de Japanse spits zeer uitgesproken, deze viervoeter probeert altijd om het zijn baasje naar de zin te maken. Aanvankelijk staat hij wantrouwend tegenover vreemden, maar hij zoekt niet onmiddellijk de confrontatie op, zoals veel andere spitsen. Deze hond staat het liefst midden in de actie om niets te missen van wat er om hem heen gebeurt. In een goed gesocialiseerde Japanse spits vind je een ongecompliceerde metgezel met een opgewekte uitstraling.

In tegenstelling tot zijn vermoedelijke Europese voorouders, blaft de Japanse spits veel minder. Als je in een appartement woont, is dit een aanzienlijk voordeel. De Japanse spits moet je echter voldoende ruimte bieden en hij stelt ook de toegang tot een tuin op prijs. Het jachtinstinct van de Japanse spits is zeer laag. Dit betekent dat stressvrij wandelen in de natuur goed mogelijk is.

De Japanse spits is intelligent en laat zich behoorlijk eenvoudig trainen. Hij is ook geschikt voor hondensporten waarvoor een beetje hersens nodig zijn, zoals behendigheidstraining, trick dogging of dog dancing. Gemeenschappelijke activiteiten met jou passen bij zijn speelse karakter, hij geniet van je aanwezigheid. Hij kan het echter niet verdragen om lange tijd alleen te blijven.

De verzorging van de Japanse spits is iets ingewikkelder dan bij een kortharige hond. De hond moet regelmatig (bij het ruien dagelijks) zorgvuldig geborsteld worden. Ook bij de tandverzorging heeft hij je hulp nodig: om tandsteen te voorkomen, moet je de tanden van je speurneus minstens één keer per week met een hondentandenborstel poetsen.

Zoals bij veel kleinere honden, heeft de Japanse spits een verhoogde aanleg voor een patellaire luxatie, d.w.z. de knieschijf die eruit springt. Dit is echter geen rasspecifiek probleem. De traankanalen van de Japanse spits kunnen ook steeds meer verstopt raken. Distichiasis is een opmerkelijke ziekte bij de Japanse spits. Kleine haartjes aan de rand van het ooglid irriteren het hoornvlies permanent. Verantwoorde fokkers proberen dit erfelijke fenomeen tegen te gaan.

Koop je Japanse spits bij een gerenommeerde fokker die geeft om de gezondheid van zijn dieren. De Koninklijke Kynologische Unie Sint-Hubertus (KKUSH) kan je hierbij helpen.

Bij ons vind je de beste producten voor je Japanse spits!

Naar de hondenproducten