Lhasa apso: lieve metgezel met een eigenzinnig karakter

De lhasa apso is een oud Tibetaans ras. Al 2000 jaar geleden leefden deze honden in de kloosters van de Tibetaanse hooglanden en in Noord-India. Ze werden ook wel leeuwhonden genoemd en werden aanbeden als geluksbrengers. Voor de boeren bleken de slimme dieren behulpzaam en nuttig te zijn: ze hoedden de kudden, bewaakten het huis en hielden het vrij van ongedierte. Enkele van deze trotse Tibetanen kwamen naar het Chinese keizerlijke hof als populaire geschenken voor de vorsten.

Rond 1901 kwamen de lhasa apso’s naar Groot-Brittannië. Hier werden ze gevormd tot rashonden en in 1934 werd de eerste standaard voor deze kleine gezelschapshonden ontwikkeld. Het ras werd in 1960 erkend door de FCI (Fédération Cynologique Internationale).

Het zijn vriendelijke en slimme honden met een hoge intelligentie. Als schoothondjes zijn ze in geen geval geschikt. De robuuste lhasa apso’s hebben veel beweging nodig en zijn verder behoorlijk actief. Dankzij hun grote opmerkzaamheid zijn ze uitstekend geschikt als waakhonden, ook al lijkt dat op het eerste gezicht niet zo.

Lhasa apso’s hechten zich aan hun baasje, van wie ze een liefdevolle en zelfverzekerde training verwachten. Als ze goed gesocialiseerd en opgevoed worden, zijn het loyale metgezellen en gezinshonden, die echter altijd een vleugje onafhankelijkheid blijven houden.

Vanwege hun rasbepaalde zelfredzaamheid moeten lhasa apso’s vanaf de puppyleeftijd op de juiste manier worden gesocialiseerd en opgevoed. Deelname aan puppyuurtjes en de hondenschool wordt sterk aanbevolen. Een liefdevolle, maar consequente training is belangrijk, wat sommige baasjes moeilijk vinden vanwege het charmante karakter van de lhasa apso. Maar deze zelfverzekerde Tibetaan profiteert snel van nalatigheden bij het opvoeden en kan dan arrogant worden.

De levendige hond kan ook in een stadsappartement wonen, maar heeft dan lange wandelingen en activiteit nodig in de vorm van uitgebreide speeltoestellen. Veel lhasa apso’s houden ook van hondensporten, maar overdrijf het niet, om te voorkomen dat de gewrichten van de kleine hond overbelast raken.

Je moet het lange, harde dekhaar met de dikke ondervacht minstens twee keer per week grondig borstelen. Het is het beste om de vacht kort te houden, zodat hij zich vrij kan bewegen en altijd goed zicht heeft.

Vanwege hun ras zijn deze kleine viervoeters vatbaar voor heupdysplasie, patellaire luxatie (een probleem met de knieschijf) en oogaandoeningen. Als je een lhasa apso wilt kopen, neem dan contact op met een verantwoorde fokker. Gerenommeerde fokkers werken er intensief aan om rasgerelateerde aandoeningen te voorkomen.

De beste producten voor je lhasa apso vind je bij ons!

Naar de hondenproducten