Gezondheid en verzorging van een kitten

Basisvaccinatie vindt meestal plaats op de leeftijd van 8, 12 en 16 weken. Vanaf dan worden er jaarlijks vaccinaties gegeven met verschillende vaccins. Je kunt de exacte details opvragen bij je dierenarts.

Laat je kitten geen prooien vangen en zorg ervoor dat hij schoon en hygiënisch blijft. Regelmatig ontwormen is ook belangrijk. Voor buitenkatten is het aan te raden om ze elke drie maanden te ontwormen. Voor binnenkatten is elke vier tot zes maanden meestal voldoende.

Diarree kan vele oorzaken hebben bij kleine kittens: Verhuisstress, verandering van voeding, maagdarmparasieten, infectieziekten of een ingeslikt speeltje zijn waarschijnlijk de meest voorkomende oorzaken. Neem voor de zekerheid contact op met je dierenartspraktijk als je kitten diarree heeft.

Het is meestal niet nodig om een kitten in bad te doen, omdat katten zichzelf grondig schoonmaken. Als je kitten toch in bad moet, gebruik dan een milde en katvriendelijke shampoo, zorg ervoor dat deze niet in de ogen of oren komt en spoel goed uit.

Hoewel kittens veel energie hebben, moeten ze niet overwerkt worden, vooral niet in de eerste paar weken. Plan slechts twee tot drie speelsessies van elk 10-15 minuten per dag.

Dierenartsonderzoek is altijd nodig als je kitten ziektesymptomen vertoont. In de eerste paar weken moeten echter ook alle aanbevolen vaccinaties worden uitgevoerd bij de dierenarts.

Tijdens het wisselen van de tanden kun je je kleine kat ondersteunen door hem bijtspeeltjes aan te bieden. Oefen vanaf het begin gebitscontrole en de bijbehorende gebitsverzorging met je kitten. Regelmatig tandenpoetsen is een effectieve profylaxe tegen tandsteen.

Voorzie uw kitten van geschikte krabmogelijkheden, zoals krabpalen of krabplanken. Plaats deze op strategische plekken in huis, zodat de kitten er gemakkelijk bij kan.